Additionally, paste this code immediately after the opening tag: Op DEET3: fietsverslag Chiang Mai - Kanchanaburi - Pagina 3 - Forum Wereldfietser

Op DEET3: fietsverslag Chiang Mai - Kanchanaburi

...
Aan de ingang van het park staan veel eetstalletjes opgesteld en is er toch wat heen en weer geloop van Thaise toeristen. Ik zie zelfs een klasje leerlingen het park verlaten. Hier moet iets te beleven zijn. Ik koop een toegangsticket en krijg een zaklamp mee die me veilig doorheen de donkere tunnel leidt. Wanneer ik de grot verlaat en in de rotskom terecht kom zie ik een orgie van tropische planten. Er hangt een eigenaardige sfeer. Door de hoge rotswanden rondom mij is er geen zuchtje wind en het gefluit van de tropische vogels echoot tegen de wanden, waardoor het lijkt alsof ik binnen in een serre rondwandel eerder dan in de natuurlijke jungle.
20231215_130259.jpg
Klaar om te vertrekken
20231215_130453.jpg
Het gaatje door de rotswand
20231215_130824.jpg
De achterwand van de natuurlijke grot is opgeblazen zodat de rotskom toegankelijk is.
20231215_130942.jpg
Bij het binnenkomen van de kom.
20231215_131114.jpg
Eerste blik in de kom: heel wat groen geweld. *click to enlarge!*
Ik zie parasitaire bloemen zonder bladeren als buitenaardse paddestoelen uit de grond rijzen en sta me te vergapen tussen de plankwortels van woudreuzen.
20231215_131430.jpg
Parasitaire bloemen zonder bladgroen.
20231215_132330.jpg
Boompje
Even verder bereik ik het standaardplaatje van Hup Pa Tat: een grote rotsboog waarachter een vederpalm staat. Het geheel is veel groter dan wat ik eerder had vermoed afgaand op de internetfoto’s. De palmbladeren zijn werkelijk gigantisch en halen makkelijk 10 meter. Genieten!
20231215_131630.jpg
Dit lijkt toch een tropische plantenkas?
20231215_133346.jpg
Het standaardplaatje van Hup Patat. Let op de dame onderaan de palm - zij fungeert als maatstreepje.
20231215_133538.jpg
..en ook eentje zonder maatstreepje.
20231215_134011.jpg
Een wurgliaan zet zich vast...
Ik zoek nog even naar de shocking pink millipede, maar tevergeefs. Als troostprijs vind ik wel nog een vervelling die hoogst waarschijnlijk van zo’n beest afkomstig is – die is niet shocking pink, maar gewoon wit.
20231215_134123.jpg
Die wil ik zien...
20231215_134332.jpg
Wat ik zie...
Terug buiten, aan de ingang van het park, loop ik met een mentale glimlach na te genieten en wandel langs stalletjes met exotische etenswaren. Tot mijn verbazing passeer ik een frietkraampje. Hier. In Thailand. Een frietkraam. Aan een bezienswaardiheid die Hup Patat heet. Is dat toeval? Ik kan het niet laten en koop als echte Belg een bakje friet. “Hup patat” zeg ik bij mezelf terwijl ik geniet van de vettige snack.
20231215_135104.jpg
"Palmbosvallei" - de naam is goed gekozen
20231215_135822.jpg
20231215_142756.jpg
Hup met die patat!
Ik moest even inzoomen om het maatstreepje te zien. Wat een mooie foto's! Dat is ook genieten zo midden op de werkdag.
Dag 10: Hup Pa Tat – U Thong (139.1 km – 25.9 km/u)

Het originele plan bestond erin om lokale wegen te volgen richting Dan Chang. Ik heb echter geen zin in irritante honden vandaag dus kies ik om de route aan te passen: ik neem enkele lokale wegen om Hup Pa Tat te verlaten om dan de snelle 333 te nemen, helemaal tot in Dan Chang.

Ik check uit en vraag het meisje via Google Translate of ze nog olie heeft om mijn fietsketting te smeren. Ze glimlacht, en spoort me aan haar te volgen. Op een patio vol spullen neemt ze een knijpfles waar ooit iets anders in zat, maar nu gevuld is met een zwarte smurrie die de viscositeit van smeerolie lijkt te hebben. “Dat gooi ik wel op mijn ketting”, denk ik bij mezelf. De laatste dagen had ik gemerkt dat mijn ketting behoorlijk droog stond en ik acht het niet onmogelijk dat de piepgeluiden de honden extra aanzette me te achtervolgen. Welke zichzelf respecterende hond wil nu niet achter een nest jonge piepende kuikentjes aanlopen? Toch? Het ongedefinieerde smeersel doet zijn werk voortreffelijk: mijn ketting loopt nu helemaal stil en soepel.

Nog voor acht zit ik op de fiets en de ochtendlijke wegen rond Hup Pa Tat zijn ronduit schitterend. Ik stop verschillende keren om het landschap in me op te nemen – en te fotograferen. Waadvogels spiegelen zich in de jonge rijstvelden. Volgroeide rijstvelden staan goudgeel te blinken in de ochtendzon. Scherpe karstpieken onderbreken het vlakke landschap. Ijsvogels en bijeneters aanschouwen dit alles vanop de telefoonkabels langsheen de weg. Heerlijk. Hup Pa Tat heeft nu helemaal mijn hart gestolen.
20231216_075133.jpg
Genieten van de laatste blikken op Hup Pa Tat
20231216_075340.jpg
20231216_075439.jpg
Telkens wanneer ik stop vliegen de ijsvogels en bijeneters weg. Deze bijeneter is net te laat. Gotcha!
20231216_075657.jpg
20231216_131012.jpg
Ik denk dat dit de voorpagina wordt van mijn fotoboek. :-)
20231216_075736.jpg
Vogeltjes spiegelen zich in het water van de jonge rijstvelden.
20231216_075906.jpg
20231216_081038.jpg
Ook de rotsen van Hup Pa Tat spiegelen zich...
Wanneer ik de 333 bereik, zie ik een perfecte asfaltweg met zeer brede zijstrook. Ik voel een heel zacht briesje in de rug en besef dat het vandaag wel eens vooruit zou kunnen gaan. Ik beslis om er nog eens een combo-dag van te maken: ik combineer twee dagtracks en maak er een stevige rit van tot in U Thong. Dit wordt een dagje stevig en hersenloos doortrappen – gewoon genieten van de fysieke activiteit – niet teveel toeristentralalala. Net zoals de 106 in het Noorden toont deze 333 ook meerdere gezichten: sommige stukken zijn kalm en heerlijk om op te rijden, andere delen zijn dan weer (iets) drukker. Wat erg opvalt is het grote aantal vrachtwagens volgeladen met suikerriet – dit lijkt wel de sugar cane highway te zijn.
20231216_082326.jpg
Ik bereik de 333: start van de race!
Ruim voor de middag rij ik via een heerlijke afdaling Dan Chang binnen. Perfecte timing voor een kleine lunch stop, waarna ik terug de fiets op spring en de 333 blijf volgen in de hitte.
20231216_111155.jpg
Leuke afdaling naar Dan Chang.
20231216_143709.jpg
De 333: Sugar cane highway.
Bij gebrek aan begroeiing langs de weg fiets ik de hele tijd in de zon en mijn fietscomputer geeft 41 graden aan.
20231216_124713.jpg
Geen schaduw en heet. Ik troost me met de gedachte dat de luchtweerstand bij die temperaturen wat lager is.
Na 137 kilometer bereik ik om kwart over drie U Thong. Mijn gemiddelde snelheid bedraagt 26.3 km/u. Het is dus een race-dagje geworden met afstanden en snelheden waar ik best fier op ben als past-midlifer. Het geeft me het gevoel dat ik nog niet helemaal afgeschreven ben.

Nu moet ik nog even vertragen en op zoek naar een hotel. De eerste keus blijkt volzet, maar de eigenaar doet me teken even te wachten. Hij verdwijnt in een kamertje en komt met een brede glimlach terug en biedt me een flesje ijskoud water aan. Een mooi gebaar dat ik met dank aanvaard. Hij moet heel veel medelijden hebben met de kletsnatte zweterige verwaaide westerling op de fiets.

Ik zoek wat verder en vind een klein familiemotel met enkele huisjes op het ‘erf’ – Suree Home Stay. Perfect voor een lekkere douche en rust op het brede bed. In de vooravond zoek ik nog een eetgelegenheid wat verderop en koop wat ontbijt voor morgenvroeg in één van de alomtegenwoordige 7/11 minimarktjes.
Dag 11: U Thong – Kanchanaburi (67.3 km – 25.4 km/u)

Ik ruik mijn eindbestemming. Het is slechts een kleine 70 kilometer meer naar Kanchanaburi en ik besluit er vandaag nog een kleine race via de 324 van te maken. Het is heet vandaag, in de zon loopt de temperatuur op mijn fietscomputer op tot 45 graden, in de schaduw is het een milde 36 graden. Na een snelle rit van 2u40min zonder uitstapjes bereik ik Kanchanaburi. Het is een trekpleister voor toeristen, vooral door zijn donker verleden tijdens WOII, waar de ‘Bridge over the River Kwae’, de ‘Hell Fire pass’ en de soldatenkerkhoven nog getuigen van zijn. Daarnaast heeft de streek ook heel wat natuurschoon in de aanbieding. Hier zal ik nog enkele dagen verblijven en het is dus belangrijk een aangenaam hotelletje te zoeken. En dat vind ik dan ook onder de naam Sabai@Kan. Ik krijg een kamertje op de benedenverdieping met zicht op tuin en zwembad – heerlijk. Het is wel de eerste keer deze reis dat ik de fiets niet in de kamer mag zetten. Dan maar op mijn terrasje.

Morgen is het een echte luilekkerdag – er wordt niet gefietst en ik doe een wandelingetje doorheen Kanchanaburi. Overmorgen plan ik een fietsrondje in de streek.
20231217_113738.jpg
't Is warm in de volle zon. Vooral blijven fietsen (en afkoelen) en zo weinig mogelijk stilstaan (in de zon).
20231217_121134.jpg
Dit wordt mijn kamertje in Kanchanaburi voor de komende dagen...
20231217_121144.jpg
...met leuk uitzicht op de tuin.
20231217_121424.jpg
Bedje staat klaar om te bekomen van de snelle kilometers.
20231217_161047.jpg
Zwembad? Check!
Blijven fietsen als het 45° is !?!? Dóórfietsen bovendien, om af te koelen :shock: . Ik zou minstens 3l water per uur nodig hebben denk ik, maar dan nog. Het wordt in ZO Azië normaal nooit zo heet toch? In de 30 max?
CarlW schreef:
wo 14 feb, 2024 15:02
Blijven fietsen als het 45° is !?!? Dóórfietsen bovendien, om af te koelen :shock: . Ik zou minstens 3l water per uur nodig hebben denk ik, maar dan nog. Het wordt in ZO Azië normaal nooit zo heet toch? In de 30 max?
Ja, het was wel heet. Maar dit is gemeten met een fietscomputertje al rijdend in de zon. Er spelen dus twee tegenstelde effecten mee: serre-effect (opwarming door straling) in het computertje en afkoeling door convectie (de wind). Wanneer ik stil stond (enkel serre-effect) ging de temperatuur snel hoger. Die 45C is gefotografeerd net nadat is was gestopt, alvorens de temperatuur verder opliep. Bij rijden ging ze weer naar beneden. Wanneer ik mijn fiets een tijdje in de schaduw parkeerde kwam het tot 36-38C.

Ik ben eventjes gaan spitten naar de officiele temperaturen die dag: op 17 dec was het in de schaduw in U-thong 34C en de gevoelstemperatuur was 38C in de schaduw. In de zon dus wellicht heel wat meer (vlotjes boven de 40). Het was inderdaad warmer dan gemiddeld die dagen.

Voor alle duidelijkheid: ik heb heel wat afgedronken - en het lastigste was stilstaan in de zon (vb verkeerslicht), dan druppelde het zweet van mijn lijf.
Dag 13: Rondje Kanchanaburi (46.3 km – 18.7 km/u)

Vandaag wordt het een rustig rondje sightseeing van minder dan 50 kilometer – alle tijd dus om dingen te gaan bekijken. Op mijn wishlist staan de Tiger Cave Temple, de Bird Caves Wall, en The Giant Monkey Pod Tree.

Ik steek de Kwae over via een minder bekend zusje van de befaamde brug, neem links en volg de rivier. Het rustige baantje leidt me langs het Wang Hip kerkhof met rijen Chinese grafheuvels omringd door weelderig groene heuvels onder een strakblauwe lucht. Triest en mooi tegelijk.
20231219_082838.jpg
De oorlogskerkhoven. Triestige getuigen van WOII.
20231219_084921.jpg
Oversteek van de Kwae, maar niet via de bekende brug.
20231219_090636.jpg
HetWang Hip kerkhof. Zowat het meest rustgevende kerkhof dat ik al zag.
20231219_091834.jpg
Fietsen langs de oevers van de Kwae...
Al gauw kom ik aan bij de populaire Tiger Cave Temple – ik mis de hoofdingang en rij binnen via de veel minder populaire achteringang waar een kort 16% hellinkje mijn kuiten nog eens test. Tja, Tiger Cave Tempel – ik vind het best wel indrukwekkend in de letterlijke zin van het woord: je krijgt als toeschouwer veel indrukken ter verwerken. Het is een heuveltop waarop een aantal kleurrijke tempels gebouwd zijn in verschillende stijlen. Centraal staat een reuzachtige vergulde nis met daarin het grootste Boeddhabeeld uit de wijde omtrek – maar dat is vandaag niet zichtbaar wegens stellingen, doeken en renovatie. Ik beklim de trappen van twee van de torens en krijg daarvoor mooie panaroma’s in ruil. Mooi, maar om één of andere ondefinieerbare reden loop ik niet echt warm van de tempel. Gebrek aan historiek? Aan authenticiteit? Ik weet het niet. Later kom ik te weten dat ik het grot-gedeelte van de Tiger Cave Temple (what’s in a name?) gemist heb. Dat is misschien voor een volgende keer.
20231219_093042.jpg
Binnen langs de achterdeur van de Tiger Cave Temple
20231219_093749.jpg
Veel kleur
20231219_093829.jpg
20231219_094012.jpg
20231219_094129.jpg
20231219_094413.jpg
Binnenin een van de torens
20231219_094720.jpg
20231219_095448.jpg
Twee manieren om verlichting te bereiken: de Oosterse (links) en de Westerse (rechts)
20231219_095548.jpg
Uitzicht op een paviljoen in Chinese stijl
20231219_095741.jpg
Zicht op de rijstschuur
20231219_100508.jpg
20231219_100921.jpg
20231219_101049.jpg
vraag me niet wat dit te betekenen heeft.
20231219_101155.jpg
20231219_101731.jpg
schitterend
Ik fiets westwaarts richting bird caves wall en zie een pijltje staan naar Diamant Cave en bijhorende tempel op de top van een kleine heuvel. Het is een korte maar steile (+10%) klim en dat zie ik wel zitten. Vandaag heb ik toch bijna geen baggage mee. Het klimmetje valt reuze mee en voor ik het weet sta ik naast een (weeral ander) groot Boeddhabeeld te genieten van het panorama.
20231219_104540.jpg
In de schaduw van de Boeddha van Tham Kaew Kanchanaphisek
20231219_105611.jpg
Panorama met uitzicht op de Tiger Cave Temple die ik net heb bezocht.
Links van het beeld lijkt een smal paadje de jungle in te leiden naar een plaatselijk café. Hoewel ik helemaal alleen naar boven ben gereden en geen volk zag aan de tempel, zitten er in het verborgen café behoorlijk wat klanten te genieten van het uitzicht of foto’s te nemen in en op de instagrammable decor-elementen.
20231219_105748.jpg
Het is moeilijk om instagramfotootjes te nemen als je alleen reist. Dit moet dan maar volstaan.
Na een verfrissende macha shake wandel ik naar de Diamond Cave die niet zo goed staat aangeduid. Uiteindelijk vind ik toch een gat in de grond met een trapje en vind een grot(je) met Boeddha schrijn. Het is verlicht en de wanden van de grot zijn grotendeels bedekt met blinkende naaldvormige kristalletjes. Mooi.
20231219_110918.jpg
Even verfrissen vooraleer ik...
20231219_113151.jpg
... de kleine Diamond cave induik.
Wanneer ik terugkeer naar de hete buitenlucht en brandende zon beslis ik om, nu ik hier toch ben, nog een klimtochtje te maken naar de stupa die helemaal boven op de rotsheuvel staat. Het steile grillige pad leidt me naar een klein goudgeschilderd bouwwerkje dat in bamboestellingen staat. Tijd om nog eens het panorama in me op te nemen.
20231219_113216.jpg
De reden waarom dit de diamond cave wordt genoemd. Geen diamanten weliswaar. Ik gok op gipskristallen.
20231219_113358.jpg
Bijna elke grot in Thailand wordt omgetoverd tot religieus schrijn. Helemaal links zie je geen stalagmiet of stalagtiet, maar een stalagpiet!
20231219_115114.jpg
De kleine chedi bovenop de heuvel...
20231219_115159.jpg
...vanwaar ik een 360-graden panorama had van de omgeving.
20231219_115618.jpg
...en terug naar beneden via een steil onregelmatige trapje (bovenaan zie je de autoweg).
Tijdens de rit naar de Diamant Cave was ik reeds een rotswand gepasseerd met daarin kleine gaatjes – iets zeer gelijkend op de officiële Bird Caves Wall. Dat lijkt me genoeg om de omweg naar Bird Caves Wall over te slaan en mijn weg westwaarts te vervolgen doorheen een bosrijke omgeving. De asfaltweg ligt perfect, het zonnetje schijnt, er is geen verkeer, het is rustig. Plots daalt er onverwacht een heerlijk gevoel van gelukzaligheid over me heen. Ik tracht het moment te grijpen – ik stop en neem wat foto’s van de weg. That’s it. Een onaangekondigd geluksmoment. Het is een heerlijk gevoel.
20231219_123248.jpg
Zo ziet geluk er blijkbaar uit.
Het duurt niet lang vooraleer ik de ‘Giant Monkey Pod Tree’ bereik en ik moet toegeven – de naam is niet gelogen. De boom is kolossaal. Niet vanwege z’n hoogte, maar vanwege de omvang van zijn kruin. Die is maar liefst 58 meter in diameter (en overschaduwt dus ongeveer 2600m2). De dikke stam mag er ook zijn. Ik neem de tijd om dit uitzonderlijk organisme te bewonderen en in beeld te krijgen. Ik trakteer mezelf op een verfrissende kokos-shake aan een eetstalletje in de buurt. Wat een mooie dag. Ik fiets terug naar Kanchanaburi langs een opvallend grote boerderij voor gepensioneerde paarden.
20231219_123915.jpg
De Giant Monkey Pod Tree
20231219_124030.jpg
20231219_125030.jpg
Ik sta even ver van de stam verwijderd als de dame links.
20231219_131124.jpg
Met een foto uit de verte lukt het om de kruin te vatten
20231219_133449.jpg
Een laatste keer over de Kwae
Mijn plan voor de volgende dagen is om naar de Erawan-watervallen te gaan, 60 kilometer verderop. Dit golvend parcours heen-en-weer fietsen op één dag, inclusief een bezoek aan de zeven cascades van de watervallen, is wat teveel van het goede. Voor zoiets reserveer ik best twee dagen. Een check op Google streetview laat me echter zien dat grote delen van de weg naar Erawan geen zijstrook hebben. Ik weet dat de watervallen, om goede redenen, een toeristische hotspot zijn en ik verwacht een komen en gaan van snelrijdende busjes en songthaews op deze smalle baan. Dat ongemak, of zelfs gevaar, op de fiets zie ik niet zitten. If you can’t beat the enemy, join them. Morgen een dagje relaxen en overmorgen neem ik de taxi naar Erawan – dat wordt het. Ik boek de taxi bij een heel lieve dame in een klein reiskantoortje. Wanneer ik een half uurtje later, na wat boodschappen gedaan te hebben, aan de andere kant van de weg het kantoortje weer passeer doet ze de deur open, zwaait ze en vraagt ze of ik naar mijn hotel terugkeer. Ik knik. ‘Wait’ zegt ze. Een ogenblik later komt ze met haar scooter tevoorschijn met haar kleuter voorop. Ik mag plaatsnemen achteraan en ze brengt me naar mijn hotel, 600 meter verderop. Dat noem ik topservice!
20231219_154502.jpg
Mijn taxi naar het hotel
Dag 15: Erawan watervallen

Na een dagje professioneel luieren sluit ik de reis af met een bezoekje aan de Erawan Falls. Tijd voor een refresher want het is reeds van 2000 geleden dat ik de watervallen gezien heb. Tijdens de taxirit zie ik mijn eerder vermoeden bevestigd: de omgeving is wel mooi, maar de weg is bij tijden smal, druk en niet zo aangenaam om te befietsen. Vooraleer ik het toeristisch krioelnest Erawan bezoek brengt mijn chauffeur me naar Phra Tat Cave, een tiental kilometer voorbij de watervallen. De dame aan de kassa van het park verkoopt me haar eerste ticketje van de dag – het is er bijzonder rustig. De weg naar de grot loopt doorheen bamboebossen, is mooi afgewerkt en in bijzonder goede staat.
20231221_085904.jpg
Paadje door de bamboebossen naar Phra That Cave
Het is duidelijk dat ook wat geld van Erawan Waterfalls naar hier vloeit. Wanneer ik na een stevige klim de toegang tot de grot bereik zie ik een aantal zitplaatsen en een informatiebord waarop staat dat ik eerst een medewerker dien te contacteren en erop dien te wachten vooraleer de grot binnen te gaan. Het knettert even in mijn brein. Hoe wordt ik verwacht een medewerker te contacteren? Ik ben als enige toerist naar boven gestuurd. Hier is niemand te zien. Ik kan toch niet helemaal terugkeren om iemand te halen en terug naar boven te klauteren?
20231221_090151.jpg
De wachtzaal van de geologie-praktijk.
Ik sta wat te dralen en kijk hoe het zit aan de ingang van de grot, een wat claustrofobisch nauwe donkere spleet. Eens binnen is het pikkedonker. Gelukkig heb ik eraan gedacht om mijn fel fietslichtje mee te nemen. Ik begeef me traag verder en zie dat het pad breder wordt en de grot ruimer. Heel ruim zelfs. Terwijl ik mijn fietslichtje op de stalagmieten en -tieten richt hoor ik plots enkele stappen en zie een grote wiebelende verblindende zaklamp op me afkomen. Het blijkt de park official te zijn die niet had verwacht dat ik al tot aan de grot zou zijn geraakt. Hij neemt me mee op sleeptouw en laat me de highlights van de donkere grot zien. Ondertussen tsjirpen en fladderen de vleermuizen hoog boven onze hoofden. Hoog, want de grot blijkt meer dan behoorlijke afmetingen te hebben. Een betonnen pad met ballustraden leidt ons in een grote boog doorheen het duistere natuurschoon. Ik zie een druipsteenformatie in de vorm van een olifant (een goed gevoel voor pareidolie is wel noodzakelijk), een weelderig koraalrif , druipstenen bezet met glitters en als toetje een doorschijnende druipsteen die zo van een nachtkastje lijkt te zijn weggeplukt. Ondertussen zoek ik ook naar ongewervelde grotfauna, maar ik kom niet verder dan de grote populatie schattige grottensprinkhanen met hun gebochelde lijfjes en belachlijk lange antennen. Geen zweepschorpioenen of Heteropoda jachtkrabspinnen, helaas. Die deden enkele jaren terug in Laos mijn hart sneller slaan door een mix van angst en fascinatie. Onvergetelijke topmomentjes waren dat.
20231221_090436.jpg
Net voor het binnengaan van de grot
20231221_091223.jpg
'De olifant'
20231221_091312.jpg
De grottensprinkhaan - meer aanhangsel dan lijf.