Beste vakantiefietsers,

Aangezien dit een forumgedeeltje is om reisverhalen te plaatsen, leek het me leuk mijn ervaringen van mijn fietstocht naar Parijs met jullie te delen. Het is geen "dagboekverslag", maar eerder een samenvatting van indrukken i.v.m. de reis. De bijhorende foto's kan je bekijken op http://www.travelbybike.net/pages/fotos ... s2009.html

Ik hoop dat jullie mijn verslag, foto's en website leuk vinden!

Groeten,
Koen

Inleiding

De ochtendzon begint stilaan maar zeker doorheen de gordijnen te glippen. Het kraaien van de haan kondigt een nieuwe dag aan. 1 augustus 2009. Voor de meesten een doodgewone augustusdag, een simpele start van een nieuwe maand. Voor mij het begin van een nieuw avontuur. Vandaag bestijg ik mijn fiets voor een tiendaagse tocht naar Parijs.

“Parijs is misschien niet zo ver... maar de weg is wel mooi.” Zo begint Paul Benjaminse de inleiding van zijn fietsgids “Onbegrensd fietsen naar Parijs”. En gelijk heeft hij. Je hoeft niet ver van huis te gaan om de onaangeroerde natuur te bewonderen die België, Nederland en Frankrijk ons te bieden heeft. Tijdens de fietsvakantie naar Parijs werden de groene dennenbossen afgewisseld met pas afgemaaide koren- en maisvelden en talrijke heuveltoppen vol frisse loofbomen. Net deze afwisseling zorgde voor een boeiende fietstocht voor al wie van natuurlijk schoon houdt.

Fietsen in het spoor van Paul Benjaminse

In tegenstelling tot onze vorige fietsreizen –waar we altijd in kleine groep reden-, besteeg ik dit jaar alleen mijn fiets. Het was de eerste keer dat ik in mijn eentje zo’n lange fietstocht zou maken, wat toch voor een extra moeilijkheidsfactor zorgde. Je moest niet alleen meer bagage op je fiets meezeulen (normaal kan je zaken zoals een tent, etenswaren,… onder elkaar verdelen), maar het was ook nog de vraag of ik alleen reizen überhaupt wel leuk zou vinden.

Al snel ontdekte ik de fijne voordelen van op je eentje rondtrekken. Terwijl je met 2 of in kleine groep vooral oog hebt voor elkaar, ben je nu veel sneller geneigd een gesprek met anderen aan te knopen. En andersom! Ik stond er van versteld hoe vaak ik werd aangesproken. Ter aanmoediging werd me ook af en toe wat aangeboden. ’s Avonds een drankje en enkele keren een kopje thee bij het ontbijt. Of wat dacht je van een glaasje wijn voor het station van Maastricht en een volledig ontbijt zoals op de camping in het Kempische Balen? Voor mij was alle twijfel al lang weggespoeld door de overvloedige regen die ik de tweede dag over me heen kreeg: een fietsvakantie op je eentje is een heuse ervaring, eentje die vele deuren voor je opent. Enerzijds hoef je geen rekening met iemand anders te houden, stop en fiets je wanneer je wil, anderzijds kan je genieten van de absolute stilte. Heerlijk! Ja, alleen reizen vind ik überhaupt wél leuk!

Hetgeen de vakantie misschien wel helemaal compleet maakte is het ontmoeten van een ander fietskoppel op de camping van Hamoir. Landgenoten én twintigers die dezelfde route volgen naar Parijs, heerlijk toch, dacht ik bij mezelf en zette spontaan mijn tent naast die van hen. We trokken anderhalve dag samen de Ardense heuvels door, waarna ik nog 40 km verderfietste tot in Laon, terwijl Karel en Leen overnachtten in een Bed and Breakfast. Al gauw ontdekten ze wat ze misten nu ik hen met mijn breedgeschouderde postuur niet meer uit de wind kon zetten, en dus stond hun tent de volgende avond opnieuw naast de mijne en reden we als drie volwaardige musketiers –te fiets, wel te verstaan- verder richting Parijs. Uiteindelijk hebben we 250 km samen gefietst. We zaten alledrie helemaal op dezelfde golflengte en maakten veel plezier onderweg, wat toch de finishing touch gaf aan deze fietsvakantie.

Een korreltje zout

“Bij de inleiding van het eerste deel van de route naar Rome had ik optimistisch gezegd dat men zelfs op een fiets met drie versnellingen de route zou kunnen doen. Inmiddels is gebleken dat dit sommige mensen met name in de Hoge Venen toch wel zwaar gevallen is. Daarom nu, bij deze route naar Parijs, de verzekering dat 99% van deze route heel makkelijk is.”, zo schrijft Benjaminse. Hem kennende mag je dit best met een korrel zout nemen. Niet dat de route zo ontzettend zwaar was, maar ik zie mezelf geen 100 km per dag over de Ardense heuvels trappen met een fiets die slechts 3 versnellingen bezit, zeker niet in combinatie met de hitte waarmee ik werd geconfronteerd.

De fietsgids brengt ons dwars door de Belgische en Franse Ardennen. Benjaminse heeft er dan wel voor gezorgd dat de zwaarste hellingen vermeden worden door geregeld het water of een spoorwegberm te volgen, maar enkele dagelijkse beklimmingen kunnen zeker niet vermeden worden. Om nogmaals Paul Benjaminse te citeren: “Vanaf Maastricht kom je twee zeer geleidelijke hellingen tegen. Op het deel na Dinant krijg je tussen Mariembourg en de grens nog twee klimmetjes, die voor iedereen goed te doen zijn. In Frankrijk moet men op enkele korte stukken van een paar honderd meter wat steviger stijgen. Het maakt de route wel veel mooier. Zodra je boven bent en om je heen kan kijken, ben je het meestal snel vergeten.” En daar heeft hij een punt. Na iedere beklimming wacht je een adembenemend landschap. Maar ook de beklimmingen zelf zijn de moeite waard. Het gebeurde vaak dat ik tijdens het klimmen om me heen keek, de ene keer om doorheen de beboste hellingen te kijken, dan weer om de uitgestrekte landerijen te bewonderen. Nu, de hellingen zijn over het algemeen helemaal niet zo zwaar, maar je bent en blijft in het meest hellende gedeelte van ons land. Zowel in de Voerstreek als in de Belgische en Franse Ardennen gaat het vaak bergop, soms 18 km na elkaar. Het hellingspercentage is dan wel niet zo hoog, het vertraagt je tempo dusdanig dat je gemiddelde vaak blijft hangen op 15 à 16 km/h.

Paul Benjaminse voerde me de hele reis over zeer rustige wegen die me doormidden van de vlakten en bossen van dorpje tot dorpje brachten. De vele pitoreske dorpjes -ontworpen volgens de typische plaatselijke architectuur- werden af en toe gevolgd door een gezellig stadje waar je even kon uitblazen op een van de plaatselijke terrasjes. Tussen de dorpjes en stadjes in lagen kilometerslange stroken vol ongerepte natuur. De vele kleine weggetjes brachten me doorheen een prachtige mix van beboste heuvels en uitgestrekte landerijen waar je zicht tot ver over de koren- en maisvelden rijkte. Zo horen de rustige weggetjes langs de Ourthe en de Amblève, de open vlaktes richting Laon en de fietspaden dwars doorheen de bossen in de buurt van Luik, Mariembourg en Pierrefonds tot mijn absolute favorieten. En laten we vooral de omgeving van Dinant en Hamoir niet vergeten!